Kunstmuseum Den Haag heeft een schatkamer van meer dan 160.000 kunstwerken. Hier werken we aan de online ontsluiting van de hoogtepunten uit deze collectie.
Van geel naar pasteltinten paars en groen; Le Remorqueur (De Sleepboot) van de Franse kunstenaar Auguste Herbin (1882 -1960) is een ode aan kleur. Dit werk uit 1907 is door een particuliere verzamelaar geschonken aan Kunstmuseum Den Haag. Het verwerven van klassiek moderne kunst is voor Nederlandse musea vandaag de dag relatief zeldzaam. Vol trots laten wij dit najaar daarom zien hoe Le Remorqueur een bijzondere plek in onze collectie inneemt door het te presenteren tussen werken van Herbins tijdgenoten.
Le Remorqueur Auguste Herbin leverde een belangrijke bijdrage aan de ontwikkeling van het Franse modernisme in het begin van de twintigste eeuw. In het begin van zijn carrière volgde hij het pad van het (post)impressionisme, maar hij raakte vanaf 1906 geïnspireerd door het felle, ‘wilde’ kleurgebruik van het Franse fauvisme en de werken van Henri Matisse. Met heldere, contrasterende kleuren in grote kleurvlakken en een heftige lijnvoering is Le Remorqueur een mooi voorbeeld van Herbins fauvistische periode.
Door Le Remorqueur tussen het werk van Herbins vrienden en tijdgenoten te plaatsen, ontstaat er een overzicht van de snelle en spannende ontwikkelingen binnen de Franse kunstwereld begin twintigste eeuw. Net als zijn medekunstenaars bleef Herbin zichzelf opnieuw uitvinden. Zo kwam hij na het fauvisme terecht bij het kubisme. In deze kringen raakte hij bevriend met kunstenaars zoals Pablo Picasso, Georges Braque, Jean Metzinger en Fernand Léger, van wie ook werk te zien zal zijn.
Herbins Le Remorqueur vormt een belangrijke aanvulling op de collectie Franse moderne kunst die Kunstmuseum Den Haag in ruim honderd jaar heeft verzameld. Onder toezicht van directeur H.E. van Gelder, besloot hoofdconservator Gerhardus Knuttel in 1919 meer te focussen op eigentijdse kunst en bracht hij steeds meer werken van kunstenaars die werkten in Parijs zoals Fernand Léger, Pablo Picasso en Albert Marquet samen. Deze kunstwerken gaven de toon aan voor de opbouw van de rest van de collectie en vormen ook vandaag de dag hoogtepunten van het museum.
Auguste Herbin, Le Remorqueur (De Sleepboot), 1907, olieverf op doek, 52,5 x 63,5 cm, Kunstmuseum Den Haag - particuliere schenking.
Henri Matisse, Nice travail et joie H. Matisse, 1947, lithografie, inkt op papier, 100,0 cm x 61,0 cm, Kunstmuseum Den Haag.
Georges Braque, Stilleven met wijn en druiven, 1929, olieverf op doek, 23 x 41,2 cm, Kunstmuseum Den Haag.
Pablo Picasso, Femme au bord de la mer, 1924, lithografie, inkt op papier, 28,0 x 38,0 cm, Kunstmuseum Den Haag.
Fernand Léger, Stilleven, 1912, gouache op papier op karton, 63,4 x 49,2 cm, Kunstmuseum Den Haag.
Alfred Sisley, De Seine bij Point Du Jour, circa 1878, olieverf op doek, 37,9 x 46 cm, Kunstmuseum Den Haag.
Kees van Dongen, Portret van Dolly, 1909, olieverf op doek, 55 x 46 cm, Kunstmuseum Den Haag.
Particuliere steun De steun van particulieren speelt een grote rol in de totstandkoming van de collectie van Kunstmuseum Den Haag. Zeker nu maken zij het mogelijk dat het museum de collectie nog steeds kan verrijken met nieuwe werken. Zo verwierf het Kunstmuseum in 1971 de inmiddels wereldberoemde collectie schilderijen van Piet Mondriaan via een legaat van de verzamelaar Salomon Slijper. De schenking van het werk Le Remorqueur is een belangrijke verrijking van de museumcollectie én de Collectie Nederland.
