26 februari 2022 t/m 03 juli 2022

Theo Jansen

Strandbeesten, de nieuwe generatie

Theo Jansen aan de waterlijn met de ADULARI  2012 Stille strand. (Den Haag) Foto: Lena Herzog


Indrukwekkende geraamtes, zelfstandig bewegend in de wind: de strandbeesten van kunstenaar Theo Jansen (1948) wandelen regelmatig langs de Haagse kustlijn. Ze zijn bovendien in de hele wereld getoond. Naast de Animaris Omnia, die sinds 2018 in de Tuinzaal van het Kunstmuseum is te zien, zijn vanaf 26 februari zowel in de Projectenzaal als buiten langs de vijverrand tien strandbeesten in chronologische volgorde van de strandbeesten-evolutie te bewonderen. Jansen: “Sinds 1990 houd ik me bezig met het maken van nieuwe vormen van leven. Het oermateriaal is geen eiwit, zoals in de bestaande natuur, maar elektriciteitsbuis. Mijn strandbeesten halen energie uit de wind en hoeven dus niet te eten. In de loop der tijd heeft zich een evolutie voltrokken die zichtbaar is in de opeenvolgende generaties. In de presentatie van het Kunstmuseum wordt dat duidelijk zichtbaar.”

Waar beter dan in zijn eigen stad, zo verbonden met de zee, kan Jansen de evolutie van zijn strandbeesten tonen? Met deze tentoonstelling geeft Kunstmuseum Den Haag liefhebbers de gelegenheid om zich in Jansens werk te verdiepen, maar daarnaast kan een groot publiek zijn werk (beter) leren kennen. “Door een tiental strandbeesten buiten op te stellen, kan iedereen zich hierdoor laten verrassen”, vertelt directeur Benno Tempel. “Ik ben ervan overtuigd dat jong en oud erdoor gefascineerd raken en er een aanleiding in zien om ook de tentoonstelling in onze Projectenzaal te bezoeken. Daar kom je meer te weten over de visie van Jansen, technieken, achtergronden en zijn werkwijze.” 

Theo Jansen - Opbouw Strandbeesten. Film: Studio Roodenburch

De strandbeesten zijn veel meer dan kunstobjecten. Jansen streeft ernaar om daadwerkelijk leven te maken met als ultieme doel zijn creaties zonder hulp op het strand te laten leven, in grote kuddes. Dat dit niet op korte termijn realiteit zal zijn, beseft hij zich. Maar zijn droom verwoordde hij een aantal jaar geleden duidelijk in een interview met National Geographic: ‘Geef me nog een paar miljoen jaar en mijn strandbeesten zullen volledig zelfstandig leven’. In de afgelopen decennia heeft Jansen de strandbeesten steeds verder ontwikkeld - hij onderscheidt inmiddels twaalf generaties - en daarmee vele stappen gezet richting die zelfstandigheid. Waar zijn eerste creatie nog niet mobiel was en bestond uit pvc-buizen en plakband, zie je tegenwoordig imposante, meterslange strandbeesten zelfstandig over het strand bewegen. De pvc-buizen vormen nog altijd het basismateriaal, maar door allerlei ingenieuze technieken kunnen de strandbeesten bewegen op de wind, zelfstandig lopen, zand verplaatsen en met hun vleugels wapperen. Ook kan een ‘maag’ van petflessen wind vangen en weer uitblazen en daarmee beweging mogelijk maken.  

Jansen creëerde de strandbeesten niet zonder aanleiding. Hij bedacht deze als oplossing voor een nog altijd actueel probleem: klimaatverandering. Hij schreef een column over het gevaar van de stijgende zeespiegel en verzon al schrijvende een oplossing: dieren van elektriciteitsbuis die het strand loswoelen en naar de duinen blazen ter versterking. Vervolgens voegde hij de daad bij het woord en is de dieren zelf gaan maken om er vervolgens nooit meer mee op te houden. Elke nieuwe soort kreeg een Latijnse naam als Animaris Vulgaris, Animaris Rhinoceros of Mater Extensa en inmiddels heeft Jansen de evolutie van zijn strandbeesten aan de hand van de verschillende kenmerken ingedeeld in twaalf periodes. In de meest recente periode, het ‘Volantum’ (2020-2021), is zelfs een vliegende variant is ontwikkeld. Op strandbeest.com is een uitgebreide stamboom te zien waarin alle species zijn ingedeeld in de verschillende periodes.

Bij Hannibal Books verschijnt een nieuwe publicatie over de nieuwe generatie strandbeesten.

Tekst gaat door onder de foto's.

Over Theo Jansen
Jansen studeerde van 1968 tot 1975 natuurkunde in Delft en ging daarna aan de slag als kunstenaar. In eerste instantie als schilder, later creëerde hij onder andere een vliegende schotel die voor nogal wat ophef zorgde in Delft. Hij werd echter met name bekend vanaf de jaren 90 met zijn strandbeesten. Van 1986 tot en met 2008 schreef Jansen een column in de Volkskrant. Een selectie hiervan is gebundeld in het boek Klimmen in de lucht. In 2002 won hij een oeuvreprijs bij de Witteveen+Bos-prijs voor Kunst+Techniek. In 2007 publiceerde Jansen het boek De Grote Fantast over het ontstaansproces van zijn strandbeesten. In 2014 verscheen het fotoboek Strandbeest: The Dream Machines of Theo Jansen van de Russisch-Amerikaanse fotograaf Lena Herzog. Jansen ontving verschillende (inter)nationale awards, waaronder de onderscheiding Briljanten Kunstenaar van het Jaar 2017, Kunstenaar van het Jaar (2018), de Haagse Cultuurprijs (2018) en de Prix Leonard Giannadda (2020). De Proboscis was te zien in het Nederlandse paviljoen op de World Expo 2021 in Dubai.

Theo Jansen - Strandbeesten, de nieuwe generatie. Film: Studio Roodenburch