gravure: in de trant van Willem Mooleyser [Rotterdam, circa 1640-1700]

Kelkglas

BESCHRIJVING

Vlakke voet met neerwaarts omgevouwen rand. Holle balusterstam met schijven, conische kelk. Op de voet gegraveerd twee bloemstengels, op de kelk het gekroonde wapen van Willem III met de orde van de Kousenband en het gekalligrafeerde opschrift: "De Gesontheyt van Zijn Hoogheijt".



CONSTRUCTIE

De gravure is mogelijk op grond van de krullend eindigende letters en de ganzerik op de voet in de catalogus van de veiling Snouck Hugronje aan Mooleyser toegeschreven. Tegenwoordig wordt het glas als 'in de trant van' gekwalificeerd. Het glas heeft een voor het laatste kwart van de zeventiende eeuw kenmerkende vorm, maar is vrij dik en zwaar. Om die reden zou het ook geschikt zijn geweest voor een radgravure.



VERVAARDIGING

Over de graveur Willem Mooleyser (ca. 1640-1700) is weinig meer bekend dan dat hij in Rotterdam met vrouw en kinderen leefde. Hij signeerde tussen 1663 en 1693 negen glazen, versierd met wapens, loofwerk, allegorische voorstellingen en, het meest bekend, dansende boeren en boerinnen. Zijn graveerstijl kenmerkt zich door een wat nerveuze krasstijl met weinig dieptewerking, zeer levendige voorstellingen, maar enigszins stugge letters. Op grond van overeenkomsten in de weergave van bloemen (in het bijzonder de ganzerik), druivenranken en figuren zijn veel andere glazen aan hem toegeschreven. Volgens een aantal auteurs is dit niet altijd terecht, omdat meer graveurs deze motieven hebben toegepast (zie Hudig 1926 a; Hudig 1926 b, p. XXI-XXII, reprint p. 10, 11; Schadee 1989, p. 22; Smit 1994, p. 93; Ritsema van Eck 1995, p. 470). Het Kunstmuseum bezit geen glazen die door Mooleyser zijn gesigneerd, wel wordt een glas aan hem toegeschreven . Vier glazen, waarvan drie in het verleden zijn bestempeld als Mooleyser, worden nu als 'in de trant van' Willem Mooleyser gekwalificeerd .



VOORSTELLING

Talrijk zijn de glazen waarop het wapen van Willem III, al dan niet begeleid door de wapens van de Zeven Provinciën of door een spreuk, is gegraveerd. Deze glazen behoorden overigens niet altijd tot het bezit van de prins. Zij waren bedoeld om tijdens een maaltijd of anderszins een heildronk uit te brengen op de stadhouder onder het uitspreken van de gegraveerde spreuk. Schutterijen bijvoorbeeld bezaten vaak talrijke glazen met portretten of wapens van hoogwaardigheidsbekleders.



BRON

Pijzel-Dommisse, Eliëns 2009

J. Pijzel-Dommisse, T.M. Eliëns, cat. tent. Glinsterend Glas. 1500 jaar Europese Glaskunst. De collectie van het Gemeentemuseum Den Haag, Zwolle/Den Haag (Gemeentemuseum Den Haag) 2009, nr. 268



Vermelde literatuur/referenties:



Hudig 1926 a

F. Hudig, 'De glasgraveur W. Mooleyser', in: Oud Holland 43 (1926), p. 221-227



Hudig 1926 b

F. Hudig, 'Diamond engraving', in: W. Buckley, European glass, Londen 1926, p. 14-34; ook verschenen als reprint met de title An essay on Dutch Glass Engravers, Plymouth 1926



Ritsema van Eck 1995

P. C. Ritsema van Eck, cat. Glass in the Rijksmuseum, II, Zwolle/Amsterdam (Rijksmuseum) 1995



Schadee 1989

N.I. Schadee, cat. tent. Met rad en diamant, gegraveerde glazen uit Rotterdamse collecties, Rotterdam (Historisch Museum), Rotterdam 1989



Smit 1994

F.G.A.M. Smit, A concise catalogue of European line-engraved glassware 1570-1900, Peterborough (ongepubliceerd manuscript) 1994

Afmetingen
hoogte 21 cm
diameter 10,2 cm
Materiaal
helder kleurloos glas met diamantlijngravure
Datum
1675-1700
Plaats vervaardiging
Nederlanden, façon de Venise
Objectnummer
1004830
Kunstmuseum Den Haag